Het leven lacht Wout Poels toe. Een nieuwe liefde en een sportieve doorbraak met een emotionele zege in Luik-Bastenaken-Luik. Deze zomer wil hij schitteren in de Tour de France naast Chris Froome en op jacht gaan naar olympisch goud in Rio. “Ik merk dat ik een hoge gunfactor heb.”
Sinds kort heb ik een Engelse vriendin. Meteen na de overwinning in Luik ben ik de drukte ontvlucht en naar haar toegegaan. Of zij het geheim achter die overwinning is, weet ik niet. Een gezonde thuissituatie is wel een belangrijke basis om goed te presteren op de fiets. Als thuis alles onder controle is, is dat voor een sporter relaxed en goed. Je voelt je een stuk beter. Hard trainen en er echt voor leven is het belangrijkste, maar misschien helpt verliefdheid ook.
Ik vind het belangrijk dat ik alles onder controle heb. Ik ben geen controlfreak, maar ik vind het wel fijn om alles netjes op orde te hebben. Kleine dingen ook, zoals het op tijd betalen van rekeningen. Dat geeft me een fijn gevoel. Ik heb geen vaste rituelen of bijgeloof. Mijn fiets moet wel altijd schoon zijn. Andere coureurs maakt het helemaal geen bal uit hoe hun fiets eruitziet. Bij mij wel. Ik vind mijn rust verder op de fiets en kan eindeloos genieten als ik hier in Noord-Limburg met muziek van Guus Meeuwis, Rowwen Hèze of De Toppers op de koptelefoon rondfiets. Van Nederlandstalige muziek ben ik echt fan.”
‘Hard trainen en er echt voor leven is het belangrijkste, maar misschien helpt verliefdheid ook‘
Servais Knaven
‘Wout Poels is de perfecte knecht, maar ook de perfecte kopman en sfeermaker. De ideale persoon om in je groep te hebben.’
“Dat is zoals ik ben. Gewoon Wout. Ik speel geen rol. Ik vind het fijn om mezelf te zijn in een ploeg. Dat kan bij Team Sky. Blijkbaar hadden ze daar behoefte aan. Het is allemaal supergoed geregeld bij die ploeg, maar je moet soms ook even kunnen dollen. Je bent zo vaak met elkaar op pad, het moet wel gezellig zijn. Vind ik belangrijk. Voor de start van de Amstel Gold Race vind ik het plezierig om nog even op een terras voor de bus koffie te drinken met vrienden en familie. Wat de anderen van de ploeg daarvan vinden is niet iets waar ik bij stil sta.
Wat heel mooi was, was die ontlading in onze bus toen ik na Luik-Bastenaken-Luik binnenkwam. Iedereen ging los. Schreeuwen. Champagne. Mijn ploeggenoten moesten lang wachten, omdat ik na de huldiging al die verplichte dingen nog had. De persconferentie, dopingcontrole. Ze moesten allemaal nog met de teambus naar het vliegveld en hebben hun vlucht gemist. Maar of we een vriendenploeg zijn, ik weet het niet. Voor mijn echte vrienden ga ik terug naar Blitterswijck, daar liggen mijn roots.
Ik kan het wel goed vinden met de meeste collega’s, maar thuis is Noord-Limburg. Ik hoef niet zoals de meeste collega’s een huis in Monaco. Nu nog niet tenminste. Ben nog te veel gehecht aan de wereld hier. Monaco kan altijd nog. Ik moet wel gelukkig zijn en waar ik woon, speelt daarin een belangrijke rol. Ik heb hierachter het dorpscafé op de basisschool gezeten. Als ik van het vliegveld terug naar huis rij en ik zie de borden ‘Venray’ dan denk ik: ik ben bijna thuis.”
Tekst gaat verder onder de foto
Stef Clement
@Wout Poels schrijft geschiedenis. @Liegebas-Tognel en snoert daarmee hopelijk voorgoed ‘generatie-vroeger-was-alles-better’ de mond.‘
“Daar ben ik het helemaal mee eens. Vroeger was het allemaal anders. De sport en de top zijn nu veel breder. Het is veel moeilijker om te winnen tegenwoordig. Ik denk vaak: laat ze maar lullen, joh. Ik heb weleens dagen dat ik denk: moet dat nou allemaal gezegd worden? Waarom allemaal zo negatief? Mag het eens wat positiever? Die negatieve kant opzoeken, is heel makkelijk. Als je altijd maar negatief bent, mag je eigenlijk ook niet tevreden zijn met een vierde plek bij de Waalse Pijl. Dan zeggen ze: ‘Alleen winnen telt.’ Dat is bij voetbal makkelijk: je wint, verliest of speelt gelijk. In het wielrennen is dat met veel coureurs en een veel bredere top dan dertig jaar geleden veel moeilijker geworden.”
Chris Froome
‘Poels heeft het vorig jaar in de Tour fantastisch gedaan. Hij was de laatste die bij me was in de bergen. Hij is een geweldige jongen en we delen een kamer. Als kamergenoot is hij vreselijk met zijn Nederlandstalige muziek.’
“Soms komt Chris binnen en dan heb ik Guus Meeuwis opstaan. Froome heeft roots in Zuid-Afrika en spreekt en verstaat een beetje Nederlands. We zijn totaal verschillende types, maar daarom klikken we misschien wel zo goed. Alleen in de Tour delen we geen kamer, dan hebben we eigen kamers. Maar in etappekoersen als de Dauphiné liggen we samen. Dan hebben we het vaak over de koers. Hoe ging het die dag? Wat moet beter? Of we maken een plan voor de volgende dag. Chris weet altijd heel goed waar hij mee bezig is. Hij wil presteren in de Tour, daar draait alles om. Of het gezellig is met hem op een kamer? Op zich wel, hoor.
Ik laat hem weleens toffe video’s van Dumpert of Facebook zien, dan moet hij altijd vreselijk lachen. Soms is het heel rustig op de kamer, zijn we allebei moe. Dan praten we even en vallen vervolgens in slaap. Ik heb hem eigenlijk goed leren kennen toen hij me begin vorig jaar ineens uitnodigde om mee op trainingskamp te gaan naar Zuid-Afrika. Toen leerde ik wat een vedette moet doen om in vorm te komen. Een zwaar regiem. Iedere ochtend om vijf uur opstaan, een uur of zes trainen, masseren, eten, stabiliteitsoefeningen en weer slapen.”
‘Heel makkelijk om te zeggen dat ik voor het klassement moet gaan, maar dat is echt wat anders’
‘Wout Poels is een onmisbare schakel bij Team Sky.’
“Onmisbaar ben ik niet, denk ik. Ik weet wel dat ik een belangrijke schakel ben, dat komt ook omdat ik nu in een perfecte ploeg zit. Hoogtestages, vluchten met extra beenruimte; als ik wat nodig heb, hoef ik maar te bellen en het is geregeld. Veel ploegen huren twintig kamers in een hotel af, Sky huurt het hele hotel. Zodat alleen wij erin zitten en we meer op ons gemak zijn. Geen vervelende toeristen om je heen. Heerlijk. Het is prettig dat we dan wat langer in de lobby kunnen zitten ’s avonds.
Anders zit ik vaak op m’n kamer. Ze willen bij Team Sky altijd beter. Fietsen, kleding, tijdritpakken; ze zijn altijd op zoek naar het beste en het snelste. Het is een beetje te vergelijken met de Formule 1. In die sport zijn ze ook alleen maar bezig met dingen te verbeteren. Als je niet verbetert, sta je stil. Dat is bij ons ook.”
Michel Cornelisse
‘Ik ken niemand die een hekel aan Wout heeft. Iedereen houdt van hem.’ ‘
“Ik hoop het, dat maakt het wat makkelijker. Ik merk wel dat ik een hoge gunfactor heb. Als ik goed rijd, lees ik altijd veel positieve reacties. Ook van collega’s. Ik heb vrij snel in de gaten als iemand mij probeert te naaien. Dan flik ik hem wat terug. Ik zou niet snel streken uithalen. Als iemand lek rijdt, zou ik niet demarreren. Zo zit ik niet in elkaar.”
‘Ik heb Froome bij hem zien lossen. Binnen één of twee jaar gaat Wout voor het klassement in de Tour.’
“Hij is lekker positief! Zolang ik met Chris in de ploeg zit en hij de Tour rijdt, zie ik dat niet snel gebeuren. Ik heb het er nooit over gehad om Froome op te volgen. Chris gaat nog wel even mee, denk ik. Of ik ongeduldig word? Ik ben 28, maar heb nog nooit top tien in een grote ronde gereden. Als ik in 2012 niet zo hard was gevallen, was het misschien wel anders geweest. Die val kostte me bijna mijn carrière en zette me op achterstand. Minstens twee jaar.
Af en toe word ik weleens ongeduldig. Ik zou graag in de Giro of de Vuelta voor het klassement willen gaan. Als kopman. Wanneer ze zeggen dat dat dit jaar nog niet gaat, kan ik me daar wel bij neerleggen. Als ik stop en ik kijk terug, dan had ik misschien voor een andere ploeg moeten gaan als ik als kopman had willen schitteren. Maar aan de andere kant heb ik met Team Sky wel Luik-Bastenaken-Luik gewonnen.”
Hilaire van der Schueren
‘Als ik zijn manager zou zijn, dan zorgde ik er wel voor dat Wout niet meer voor Chris Froome hoefde te knechten.’
“Ik moet zeggen dat ik uit dat knechten voor Chris heel veel voldoening haal. Wat ik vorig jaar in de Tour heb gedaan, was erg mooi. Daar kijk ik nog altijd met veel plezier op terug. Ik had niet verwacht dat ik zo kon genieten van het knechten voor een kopman. Het feit dat Chris de Tour won en ik goed werk heb geleverd, doet me goed. Het wordt gewaardeerd. Natuurlijk is het heel makkelijk om te zeggen dat ik voor het klassement moet gaan, maar dat is echt nog wel wat anders. Ik kon afgelopen jaar nog af en toe snipperdagen pakken in de bergen. Hij niet.
Het is een heel andere manier van koersen. Ik ben altijd erg realistisch. Om de Giro te winnen, moet je wel wat in huis hebben. Tom Dumoulin die het goed doet in de Vuelta. Ik in de Tour. Steven Kruijswijk die bijna de Giro wint. Wat dat betreft gaat het goed met het Nederlandse wielrennen. Het laat zien dat we veel goede renners in huis hebben. Voor klassementen en voor klassiekers.
Hoewel we allebei Limburgers zijn, heb ik geen speciale band met Tom Dumoulin. Ik maak weleens een praatje met hem. Ik vind het mooi als hij goed rijdt. Maar we zijn geen vrienden of zo. Eigenlijk ben ik alleen goed bevriend met Reinier Honig van Roompot-Oranje Peloton en met Pim Ligthart van Lotto-Soudal. Dan houdt het wel snel op. Met Niki Terpstra kan ik ook goed. Met hen heb ik vaker contact dan gemiddeld.”
Johan Lammerts
‘De overwinning in Luik-Bastenaken-Luik zegt wel iets over Rio.’
“Eerst maakten de Spelen me niet zoveel uit. In het wielrennen heb je zoveel meer. Het WK, de Tour. Dat zijn de highlights. Maar ik dacht: de Spelen wil ik toch een keer hebben meegemaakt. Het is iets wat in Nederland erg leeft. Als je een medaille wint, vindt iedereen dat supermooi. Maar het is niet dat je zegt, als je begint met wielrennen: ‘Ik wil naar de Olympische Spelen.’ Dat beeld verschuift wel steeds meer overigens.
Ik ken het parcours in Rio van de video, ben er nog niet geweest. Het gaat een slijtageslag worden. Je rijdt met een kleine ploeg, krijgt daardoor een heel andere koers. Er zijn toch landen die voor spek en bonen meerijden, vanwege de olympische gedachte en dat heeft ook invloed op de wegwedstrijd. Prachtig allemaal, maar aan de andere kant is het jammer dat er zoveel goede renners niet kunnen rijden. Als je het aanpast – minder landen, maar wel grotere teams – dan ga je eigenlijk een beetje tegen de olympische gedachte in. Dan stijgt het aanzien wél, denk ik.
Tekst gaat verder onder de foto
Het is qua parcours een soort Luik-Bastena- ken-Luik, maar wel met dertig graden, hoop ik. En geen sneeuw. Ik kan goed tegen de hitte. In de Tour ben ik altijd wel goed. Niet zo lang geleden heb ik nog een koers in Abu Dhabi gereden, na tien minuten was je een warme theezak. Zo warm was het daar. Daar werd ik derde in het klassement. En derde in een rit bergop. Ik zou die rit eigenlijk winnen, maar ik viel in de laatste bocht. Ook in de tijdrit kan ik met de besten mee. Ik won dit seizoen de tijdrit in Valencia voor wereldkampioen Vasil Kiryienka.
Ik heb geen echte olympische helden. Daar ben ik door de jaren heen nooit zo mee bezig geweest. Ik had geen posters van andere helden op mijn kamer of idolen. Toen ik fietsen begon te volgen, was het het Lance Armstrong-tijdperk. Tegen hem keek iedereen op. Ik kan nu wel zeggen dat het niet zo was, maar dat was wel zo. Hij won even zeven keer op rij de Tour de France. Dat is wel wat. Ik was dertien en tot ik twintig was, won hij vrijwel ieder jaar de Tour. Indrukwekkend.”
Erik Dijkstra
‘Ik moest ineens heel erg aan je moeder denken toen ik je zag winnen.’
“Erik is een paar keer bij ons thuis geweest voor zijn programma Bureau Sport. Ik begreep meteen wat hij bedoelde. Mijn moeder heeft zware jaren achter de rug door het overlijden van mijn vader en door mijn zware val in de Tour van 2012. Het was toen echt de vraag of en hoe ik zou herstellen. Toen ik over de finish kwam in Luik, heb ik niet meteen aan mijn moeder gedacht. Er kwam zoveel op mij af. Ik werd geleefd, kon bijna niet zelf bepalen met wie ik wel en niet mocht praten. Van het ene interview naar het andere. Mijn status was ineens veranderd.
Mam was supertrots. Dat zijn mooie momenten. Daar werk ik zo hard voor. Zo’n val, daar kiest mijn ma ook niet voor om dat allemaal mee te maken. Achter die val had ik zelf al een lange periode een punt gezet, maar voor het grote publiek bleef toch dat drama aan me kleven. Bij de naam Poels dachten ze vaak aan die valpartij. Nu gelukkig ook aan die overwinning in Luik. Voor mij was het mooiste moment toen ik na afloop alleen in mijn auto zat. Ik zag dat ik 290 WhatsAppberichten had, maar begon meteen te bellen met familie en vrienden.
In m’n eentje terug naar huis, naar Blitterswijck, waar de pastoor klaar stond om zes keer de klok te luiden. Ik vergat meteen alle opwinding van de uren na de finish weer. Toen ik terugkwam in Blitterswijck was ik simpelweg gelukkig. Zeker toen in het plaatselijk café m’n vrienden klaarstonden met een pilsje.”
Tekst gaat verder onder de foto
Helden Magazine
Krijg jij geen genoeg van alle inspirerende sportverhalen? Kies het abonnement dat bij jou past én wordt abonnee. Zo ontvang je telkens de nieuwste edities op je deurmat, voordat het sportblad in de supermarkten te vinden is. Wil je een Helden Magazine cadeau doen? Het is ook mogelijk om een abonnement cadeau te doen, deze abonnementen lopen automatisch af. Daarnaast zijn de recentste exemplaren ook gemakkelijk te bestellen via onze webshop.